Als je veel met leem werkt, dan is de overschakeling naar kalk wel even wennen. Het spul is veel smeuïger, dus het plakt heel goed en smeert heerlijk uit. Het hard worden gaat anders, en vooral definitiever. Maar je kan er prachtige dingen mee maken als je de goede stappen zet.
De eerste stap is hetzelfde als met leem: smeer het spul er zodanig op dat het overal goed ingewreven is. Laat deze laag een beetje hard worden.
De tweede stap is hier een mooie laag overheen zetten, zodat er genoeg dikte is om te vlakken. In de afrondingen van de rand van het muurtje kan je met de spatel al aardig de vorm opzetten.
Daarna ga je met een rei aan de slag om de vlakheid er in te krijgen: schraap af wat te veel is, en duw het op de plekken waar te weinig zit. Altijd in twee richtingen, dus voor een ronde wand heb je een rei nodig die de goede ronding heeft! Ik heb hem van een restje perspex gemaakt.
Ook de afronding van de rand van de muur heb ik met een perspex malletje gemaakt. Na het reien zitten er nog overal kuiltjes in, deze vul je op met de spatel en rei je weer af, net zolang het er best aardig strak uit ziet.
Ook deze laag laat je een uurtje harden, zodat je de laatste laag er op kan zetten. Omdat deze maar heel dun hoeft te zijn, is een blokkwast een prima manier. Deze laag heb ik met een spons in de kuiltjes gewreven en glad gemaakt. Weer een tijdje laten harden, en dan weer met een natte spons er overheen.
De vlakke stukken kun je prima met een sponsplank schuren, maar de afrondingen heb ik gewoon met de zachte kant van een schuurspons gedaan. Deze loopt snel vol, dus steeds schoonspoelen, maar je kan het er mooi glad mee oppoetsen.
Doe wel keukenhandschoenen aan voor dit werk: kalk is erg basisch, het tast je huid aan!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten